Vier kruisspinnen hadden hun web opgehangen rond de trekkershut waarin wij verbleven. Roerloos wachtten ze in het midden van hun kunstwerk tot een mug zich in de kleverige bedrading zou vastvliegen. Er zaten nogal wat steekmuggen, we konden ons gelukkig prijzen met de achtpotige poortwachters. Al lieten ze er nu en dan toch eentje door, die ons met haar gezoem kwam plagen. Althans: wij ervoeren dat als plagen, vanuit de mug gezien was het niets anders dan de drang om als soort voort te leven.
klik hier voor het originele artikel